
houden voor werkw. Uitspraak: [ ˈhɑudə(n) vor ] Afbreekpatroon: hou·den voor Vervoegingen: hield voor (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gehouden voor (volt.deelw.)
denken dat iemand een bepaalde persoon is Voorbeelden: 'Ik hield hem voor een praatjesmaker.' , 'Zijn ouders hielden hem voor een genie.' Synoniem: aanzien voor Deze wo...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/houden voor

houden voor werkw. Uitspraak: [ ˈhɑudə(n) vor ] Afbreekpatroon: hou·den voor Vervoegingen: hield voor (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gehouden voor (volt.deelw.)
denken dat iemand een bepaalde persoon is Voorbeelden: 'Ik hield hem voor een praatjesmaker.' , 'Zijn ouders hielden hem voor een genie.' Synoniem: aanzien voor Deze wo...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/houden voor
Geen exacte overeenkomst gevonden.